Menstruatie en anticonceptie na je bevalling
Na je bevalling duurt het even voordat jouw menstruatiecyclus weer op gang komt. Het is dan ook weer tijd om te bepalen welke voorbehoedsmiddelen je wilt gebruiken, tenzij je weer heel snel zwanger wilt zijn! Hormonen en borstvoeding bepalen wanneer je weer voor het eerst ongesteld wordt. Als je geen of maar een paar weken borstvoeding geeft, ben je na 6 tot 8 weken na je bevalling weer ongesteld. Maar het kan ook een paar maanden duren. Over het algemeen word je binnen 3 maanden na het stoppen met borstvoeding weer ongesteld. Na je zwangerschap is je menstruatie meestal weer net zoals ervoor. Het kan wel zijn dat je cyclus door hormonale veranderingen is veranderd: langer, korter, regelmatiger of onregelmatiger. Ook kun je meer of minder last van afscheiding hebben. Je hoeft je geen zorgen over kleine veranderingen te maken. Ben je na 12 weken nog niet ongesteld bent? Neem dan contact met je huisarts op. Je cyclus kan dan door een hormonenkuur weer op gang gebracht worden. En blijf opletten: borstvoeding is geen betrouwbaar anticonceptiemiddel. Er zijn genoeg vrouwen toch zwanger zijn geworden terwijl ze borstvoeding gaven! Wil je weer snel zwanger zijn, dan is anticonceptie niet aan de orde. Geef je lichaam wel genoeg tijd om van de zwangerschap en de bevalling te herstellen. Ze zeggen niet voor niks "9 maanden op, 9 maanden af". Wil je voorlopig niet zwanger worden, dan kun je (weer) met de pil beginnen. Een andere optie is een vaginale anticonceptiering. Deze ring bevat minder hormonen dan de pil en zorgt voor een regelmatige menstruatie. Je draagt de ring in je vagina. Via jouw vaginawand geeft de ring gedurende 21 dagen continu een lage hoeveelheid progestageen en oestrogeen aan je lichaam af. Deze lage dosering hormonen is voldoende om te voorkomen dat er elke maand een eitje vrijkomt. Wil je geen hormonen meer in je lichaam stoppen? Dan is een condoom een prima alternatief. Als je pas weer over een paar jaar zwanger wilt worden, dan is een spiraaltje een goede oplossing. Gemakkelijk, want na het inbrengen ben je 5 jaar lang beschermd. Daarnaast wordt je menstruatiepijn vaak een stuk minder. Een spiraaltje mag pas in de 6e week na de bevalling geplaatst worden, omdat je baarmoeder weer onder jouw schaambeen gezakt moet zijn. Na een bevalling is jouw baarmoedermond nog niet helemaal gesloten en kan het spiraaltje makkelijker ingebracht worden. Vlak na het inbrengen kun je pijn in je buik krijgen. Tip: vraag de arts om een pijnstiller.